Iedereen heeft wel eens gehoord van het noorderlicht. Het is een prachtige gekleurde gloed aan de nachtelijke hemel. Het licht is vaak een gloed, maar kan ook lijken op een stralenbundel, een lichtgordijn of een vlammenzee. Dit licht wordt veroorzaakt door magnetische deeltjes die van de zon komen en worden aangetrokken door de magnetische noordpool van de aarde. Daar botsen ze op deeltjes in de atmosfeer waardoor deze deeltjes licht uit gaan zenden in allerlei verschillende kleuren.
Waar is het noorderlicht te zien?
Het noorderlicht verschijnt meestal aan de hemel op zo’n 75 graden noorderbreedte. Gebieden die rond deze breedtegraad liggen zijn o.a. Noord-Canada, Spitsbergen, Lapland en Noord-Siberië. Op lagere breedtegraden is het verschijnsel ook te zien, alleen dan lager aan de hemel. Over het algemeen geldt dat je op alle plekken noordelijker dan de poolcirkel (66,5 graden NB) een erg grote kans hebt om het noorderlicht te zien.
Als er erg veel magnetische deeltjes van de zon komen kan het noorderlicht ook op veel lagere breedtegraden te zien zijn. Zelfs in Nederland is het noorderlicht heel af en toe te zien. Vaak is het noorderlicht in Nederland niet met het blote oog te zien, maar enkel op een foto met lange sluitertijd.
Wanneer is het noorderlicht te zien?
Het noorderlicht is vaak te zien als de winter is op het noordelijk halfrond. Om het noorderlicht te kunnen zien, moet het ’s avonds in ieder geval vroeg donker zijn. In de gebieden boven de poolcirkel is dit alleen ’s winters het geval. Het poollicht aan de winterhemel is natuurlijk alleen te zien als het onbewolkt is. Omdat het in de herfst vaker bewolkt is, is de kans klein dat je het noorderlicht dan zult zien.
In de wintermaanden is vroeg donker en juist vaak helemaal onbewolkt. In deze periode is de kans om het noorderlicht te zien uiteindelijk het grootst. Dus als je het noorderlicht zelf wilt meemaken, zal je tussen december en maart naar een plek boven de noordpoolcirkel af moeten reizen.
